Mijn hond staat met zijn voorpoten op de dorpel van het slaapkamerraam van de buurvrouw. Blaffend. Ik duw hem eraf en zeg hem dat het niet beleefd is om bij mensen naar binnen te gluren en ze wakker te blaffen. De buurvrouw hoor ik door het open raampje lachen. “Het staat zo grappig”, roept ze, “Ik zie vanaf hier alleen zijn poten en zijn koppie over het kozijn heen”. Ik lach met haar mee en loop verder met de hond door het hek naar buiten.

Een paar dagen later staat hij weer tegen het raam te blaffen, en de dag daarop weer. Dan pas zie ik waarom: de buurvrouw gooit een hondenbeentje uit het bovenraampje. Een hond is soms sneller van begrip dan zijn baas.